Reinier van Zutphen: "De bewoners voelen zich lamgeslagen, murw en kunnen moeilijker voor zichzelf op komen. Dat baart mij grote zorgen." Margrite Kalverboer: "Ook de impact op kinderen is groot. Zij zien dat hun ouders zich veel zorgen maken en worden geconfronteerd met grote onzekerheid".
Minister moet drie zaken oppakken
Dat de versterking grote impact heeft op volwassen bewoners en kinderen, is onvermijdelijk. Dit betekent echter beslist niet dat de huidige werkwijze de enige mogelijke is. De Nationale ombudsman en Kinderombudsman zien dat kinderen en volwassen bewoners het nodig hebben dat de volgende drie zaken worden aangepakt. Zij brengen deze bevindingen maandag 26 november tijdens een gesprek met minister Wiebes van EZK aan hem over.
1. Onzekerheid en gebrek aan informatie
Bewoners en hun kinderen worden lang in onzekerheid gelaten over de versterking. De planning wordt vaak aangepast en zij ontvangen hierover laat bericht. Zij hebben een duidelijke planning en goede informatieverstrekking nodig. Ook mogen ze verwachten dat toezeggingen worden nagekomen.
Hoewel bestuurders meer dan voorheen oog hebben voor de behoeften van kinderen, heeft dit er nog niet toe geleid dat er specifiek op hen gerichte informatie over de versterking beschikbaar is. Kinderen hebben behoefte aan informatie over onder meer de planning, welke spullen je mee kan nemen bij een tijdelijke verhuizing en hoe de wisselwoningen eruit zien.
2. Kleine veranderingen maken een groot verschil
Bij zaken die grote impact hebben op bewoners, wordt de menselijke maat uit het oog verloren. Tijdens de versterkingsoperatie worden mensen met allerlei praktische problemen geconfronteerd, die zij vervolgens zelf moeten oplossen. Een deuropening die versmald is, waardoor de bank er opeens niet meer doorpast. Een schutting die maar tot de helft van de tuin loopt, omdat het budget op is. Vanuit de overheid bezien kleine problemen, met een klein prijskaartje. Maar voor bewoners een extra last. Mensen willen ontzorgd worden. Voor kinderen betekent ontzorging dat hun leven zoveel mogelijk door kan gaan. Bijvoorbeeld doordat er speelplekken zijn in de omgeving van de wisselwoning en zij gemakkelijk bij hun spullen in de opslag kunnen.
3. Aandacht voor de stem van bewoners en kinderen
Verder ervaren bewoners dat ze weinig tot geen inspraak hebben in hoe de versterking verloopt. En als zij wel inspraak hebben (wordt ons rijtje versterkt óf gesloopt) ligt er een grote verantwoordelijkheid bij de burgers om er met elkaar uit te komen. Zij willen inspraak, zonder dat die inspraak de verhouding met andere bewoners op scherp zet. Door kinderen en volwassen bewoners beter te betrekken, voelen zij zich niet alleen gehoord, maar kunnen ook daadwerkelijk betere besluiten genomen worden.
Gesprek kinderen met minister EZK
Kinderen willen graag met de minister in gesprek en ook volwassen bewoners willen in gesprek met bestuurders. De Nationale ombudsman en KInderombudsman bieden graag aan deze gesprekken te begeleiden.
Van de gesprekken op 19 oktober in Appingedam zijn tekeningen gemaakt. Ook deze worden aan de minister aangeboden.