De klaagster woont met haar twee kinderen in een huurhuis van een woningcorporatie. Ze zeggen dat zij al jarenlang last hebben van vocht en schimmel in de woning. Het gezin vindt dat de situatie invloed heeft op hun gezondheid. De moeder neemt daarom contact met de woningcorporatie. Dat leidt niet tot een oplossing. De moeder vraagt de GGD om een gezondheidsonderzoek te doen in de woning.
De GGD neemt vervolgens contact op met de woningcorporatie. Die vindt dat er geen problemen zijn met vocht of schimmel in de woning. De GGD doet zelf geen onderzoek in de woning. Moeder is het er niet mee eens dat de GGD niet zelf komt kijken en dient daarom een klacht in. In eerste instantie bij de GGD zelf. Die vindt dat er geen fouten zijn gemaakt. Daarop dient de moeder een klacht bij ons.
De Nationale ombudsman en de Kinderombudsman hebben samen onderzoek gedaan naar de klacht. Ons oordeel is dat de GGD te weinig onderzoek heeft gedaan en zelf naar de woning had moeten kijken. De klacht is dus gegrond.
Belang van het kind meewegen in besluit
Daarnaast geven we de GGD twee adviezen. Het eerste advies is om voortaan bij elk besluit een belangenafweging te maken om wel of niet zelf in een huis te gaan kijken. Als er kinderen in huis wonen moet dat zwaar meewegen. Daarnaast raden we de GGD aan duidelijker aan te geven wat de GGD wel en niet doet als er problemen met vocht of schimmel zijn in een huis.